-->
"DE VOLKSVRIEND"
Zat. 9-2-1861.
In den nacht van laatsleden
Zaturdag op Zondag is er een heiligschendende
diefstal in de kerk te Maasniel gepleegd.
De dief is door een venster, zich
bevindende in den oostergevel of in het
achterste gedeelte der kerk ingebroken. Hij
heeft gevolgelijk bij middel van inwendige braak zich kunnen meester
maken van vijf zilveren voorwerpen, die zich
in een ijzeren koffertje bevonden, het
geen was geborgen in het, in het midden
des altaars geplaats en gestolen, tabernakel, dat geheel
was weggebroken.
Buiten en behalve dat de snoode
kerkroover, het in de offerbus aanwezige geld
heeft medegenomen, heeft hij tevens het ciborie,
bevattende de heilige Hostien ontvreemd. Deze
had de dief in het veld voor den grond
geworpen, alwaar men dezelve in den vroegen
ochtend van Zondag vond en met de Parochianen,
de eerwaarde geestelijkheid aan het hoofd,
processiesgewijze geheel stichtelijk naar de kerk
terugbragt.
Het verdient allezins opmerkelijk, dat
de heiligschender zeer goed met de plaatselijke gebruiken en kerkelijke
plegtigheden van Maasniel schijnt bekend te
wezen, nademaal men gewoonlijk in de kerk aldáár
op den dag van O.L.V. Lichtmis, de gouden en zilveren versieringen,
ter eere der Heilige Maagd Maria gebruikt.
Gelukkiger wijze was de heer
pastoor belet, die versiersels ook dit jaar op
bedoelden dag te doen aanbrengen. Men zou bijna gelooven, dat deze
hoogst verfoeijelijke diefstal in eenig
verband staat met dien, in den loop van
verleden jaar, bij den heer Cornelis alhier
gepleegd en het onlangs terug vinden van eenige bij
dezen gestolene voorwerpen.
|