-->
"DE VOLKSVRIEND" Zat. 12-7-1862.
Uit
een particulier berigt van een der beambten in
dienst bij de Nederl. Staatsspoorwegen, belast met het
toezigt op de vervaardiging van spoorstaven voor die
spoorwegen, waarvan de levering is aangenomen door
fabriekanten uit Zuid-Wallis, nemen wij het volgende over:
De fabriek waar de spoorstaven worden
vervaardigd, ligt in de nabijheid van Merthyr
Tydvil. In deze fabriek werken 8000
mannen, vrouwen en jongens, 600 paarden en 14
locomotieven, behalve ongeveer 1000
spoorwegwagens tot het vervoer van materiëel, 3000
ijzeren wagens voor paardenspoor, die behalve voor
het vervoer van steenkolen ook tot het vervoer van
asch en ijzerslakken worden gebezigd. Dit personeel is in twee
afdeelingen gescheiden, waarvan deeene helft bij dag, de andere bij
nacht werkzaam is. Het geheele spoorwegnet in
de fabriek bedraagt p.m. 6 uren gaans. De
steenkolenmijnen der fabriek leveren wekelijks 10,000 ton kolen, waarvan
er 7000 in de fabrieken verbruikt en 3000 in
den handel gebracht worden. Eenige
honderden schoorsteenen en 18 hoogovens braken
dag en nacht vlammen. Het aantal
stoomwerktuigen dat in de fabriek dag en nacht
werkt, heb ik nog niet kunnen tellen; zeker is
het meer dan 12 dozijn, en hieronder van 300 à
400 paardenkracht. Behalve het rigten en doorstooten der gaten wordt
hier in ongeveer eene minuut eene spoorstaaf
vervaardigd van 6 Nederl. el lang, die 222
kilo weegt. Als de spoorstaven gereed zijn, worden
zij op een keuringstafel gelegd, en dan onderzoeken wij of er zich ook
gebreken in het ijzer openbaren, of de
afmetingen juist zijn, enz. Elke staaf moet
viermaal worden omgelegd, eer het onderzoek er van is afgeloopen. Bij
goedbevinding worden de staven gestempeld en daarna 35 stuks in een
spoorwagen geladen. Zoodra 12 wagens gevuld zijn,
komt de locomotief, die ze naar Merthyr brengt en
van daar worden zij per spoor verder vervoerd naar
Cardiff, waar zij gewogen worden en naar hunne
bestemming worden ingescheept. (en op hunner plek
in Maasniel worden gelegd. red.)
|