Maessen. Het echtpaar verhuisde kort na 1820 naar Melick. Daar hadden zij de boerderij aan het Straatje van baron de Bors gepacht. Tien jaar later woonde het gezin op de Spick*. Hun zoon Christiaan (1822-na 1870) trouwde in 1846 met Anna Maria Clercx (1818-1870).
Joanna Cox (*1782) trouwde in juni 1804 met Jan Smeets op 't Ham. Hij was in 1780 geboren op Kruisbroerenhof onder Roer. Het gezin verhuisde naar Melick. Margaretha Cox (1792-1868) trouwde in mei 1814 met haar achterneef Adriaan Cox op het Schuttekempke*. Haar broer Jozef was in 1824 getrouwd met Margaretha Croonen en verhuisde naar Swalmen. Hun zoon Peter (1831-1888) keerde terug naar Maasniel.
Via Catharina Cox (1785-1847) ging de pacht van Gasthuishof over op haar man Joes Wulms (1777-1859), rnet wie zij in juli 1809 was getrouwd. De nieuwe boer was afkomstig van Thusershof.
Via de vrouwelijke lijn was hij een nakomeling van Elysah Thomassen. In die tijd waren de meeste pachters in Asenray met elkaar verwant.
JOES WULMS
Het gasthuis in Roermond was geen geestelijke instelling, maar stond onder het bestuur van enkele aanzienlijke burgers. Dit zette zich ook in de 19de eeuw nog voort.
Joes Wulms narn de pacht in 1816 over, toen zijn schoonvader op 72-jarige leeftijd was gestorven. De pacht betrof toen bij elkaar 28 bunder voornamelijk akkerland (allemaal lichte grond), verder groes en struwelen, ofwel broekland. Hierover werd jaarlijks 38 mud rogge en 21 rnud boekweit geleverd op de laatste dag van november.
In 1830 betaalde de boer aan huishuur 9 gulden en 45 cent.