Kort na het overlijden van zijn vrouw Ragard Heyligers hertrouwde hij in april 1842, op 66-jarige leeftijd, met Anna Houben.
Drie jaar later werd hun zoon Dirck geboren. De jongen was nog minderjarig toen zijn vader stierf en de boerderij in 1860 op zijn naam kwam te staan. Negen jaar later trouwde hij met Heleen Versteegen. In 1910 werd het huis uitgebreid met een stal en schuur. Daarachter lag de moestuin.
Een ander erfdeel ging over op Jacob Neelen (1779-1847), bestaande uit huis, tuin en akker, tesamen 33.80 are groot. Jacob trouwde eerst in 1840 met Mechteld Louis.
Alleen de straatnaam herinnert nog aan de middeleeuwse pachthof op de Leeuwerberg.
2. STEYNENHOF
Midden in het gehucht Leeuwen lag vroeger een grote kamp, zo'n 2 bunders groot. Daaraan, lagen twee pachtboerderijen naast elkaar met hun schuren, stallen, moestuinen en boomgaard.
|
Dat waren Puytlingshof en de ander Steynenhof, zo geheten naar hun 17e eeuwse eigenaars. Ook nadat de erfgenamen van jonker Steyn de boerderij hadden verkocht bleef de hoeve naar hem genoemd: Steenenhof.
De hoeve telde volgens het grondboek van 1628 zeker 18 bunder akkerland. Een halve eeuw later werden ook de andere gronden opgetekend en dan komen we tot zo'n 30 bunder. Hiervan lag ongeveer de helft in de Leeuwer Ohe en bijna 5 bunder in het Loyerveld. Het akkerland lag verspreid in vele kleine percelen. (kaart 41) De boerderij stond toen op naam van jonker Godefroidt van Steynen, die zijn bezittingen had belast met een kapitaal van 1150 pattacons bij de huysarmen der stadt Ruremonde. Volgens een notitie uit 1706 woonde hij in Mulbracht.
Over de oudste geschiedenis van deze hoeve is niets bekend. In 1480 werd onder de tienden van Leeuwen Heynen Symons genoemd als eigenaar van de kamp met hof en hoeffstadt aan de beek. Verder werden slechts 5 bunder akkerland getiend.
Dat kan niet alles geweest zijn. |