Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.147  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

In 1692 gingen zij bij de familie Claessens uit Roermond een lening aan van 400 pattacons, met als onderpand de boerderij met akkers, weiden en hooibeemden.

VERVAL

Volgens eigen zeggen was Thijs Willems in 1693 ongeveer 50 jaar oud. Hij had toen nog vele jaren te gaan. Omdat hij niet kon schrijven, ondertekende hij met een riek. Nog in 1714 werd hij genoemd als pachter op de Borgh. Waarschijnlijk werd de pacht kort daarop beëindigd, waarna Nunemshof leeg bleef staan. Hoe anders moeten we ons de ergernis van de weduwe Cox voorstellen, toen zij in mei 1716 enkele schepenen van Maasniel uitnodigde om de vervallen hof te komen bezichtigen. Nunemshof van wijlen Herman Ververs was halverwege de mistplaetse van haar eigen boerderij gescheiden. Windelina Beatrix van Palant toonde haar misnoegen dat het huis er zo bouwvallig bijstond. Muren en wanden waren ingezakt, deuren en vensters uit hun scharnieren gerukt en de schoorsteen was ingestort. Ja, het dak zelf zag er haveloos uit, zodat de wind vrij spel had op de zolders. Het zou met geen tweehonderd gulden meer te repareren zijn, stelde zij.
Toch spreekt het bunderboek uit 1723 van huis, hof en boomgaard, 114 roeden groot.
(Daarachter lagen bijna 3 morgen akkerland op de Vliegenkamp. Voorts werden nog 9 morgen zware en 5 morgen lichte grond berekend.) De relatie met de familie Wanssum, 71/2 morgen, werd niet meer gelegd.
Ook bij de verkoop in januari van datzelfde jaar door de erfgenamen van wijlen Dorothea Nunems, de weduwe Ververs, was er van enige bouwval geen sprake. Huis, hof, schuur, boomgaard en kamp gingen bij openbare verkoop over op dhr. CIaessens. Toch weten we, dat Nunemshof verder in verval raakte en de boerderij zeker een halve eeuw lang niet meer bewoond was. Ook bij de visitatie in 1755 werd het huis niet genoemd.
Wendelina Beatrix (1650-1727), weduwe van Franciscus Cox (1639-1706), landscholtis van het ambt Montfort, was een dochter van Gerardt van Palant, advocaat aan het Hof van Gelre, en van Agnes Puyll.
Zij erfde de boerderij van haar ouders, waarschijnlijk via haar broer Willem, aartsdiaken te Xanten. Het akkerland is deels afkomstig van haar grootvader Gerardt Puyll. In 1628 stonden 21 morgen akkerland op zijn naam.


Erfdeling kinderen Willems te Leeuwen.

PACHTERS

In 1628 werd Henrich op die Borg onder de tiend pachters genoemd. Geerken van Beesel woonde al in 1655 in Leeuwen. Hij is dezelfde als Geerken op den Borgh uit 1666, omstreeks 1620 in Beesel geboren. Zijn nakomelingen wonen nog in Maasniel onder de naam Geraedts. Ook in Leeuwen en waarschijnlijk als buurman van de vorige: Arnold van den Bergh. In april 1664 trad Theodora Nunems op als peettante bij de doop van zijn zoontje Joannes.
Eind 17e eeuw woonden de volgende families op Pallantshof. Thijs van Kessel (zoon van Tilman) en Silleken Leyendeckers met hun zoontjes Jan (1679) en Peter (1682) Tilmans. In de beestenschat werden vijf koeien aangeslagen. Tien jaar Borgeind.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.147  

Eerste  Vorige  142 143 144 145 146 147 148 149 150 151   Volgende  Laatste