Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.230  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

ONTEIGENING

In 1797 liet het Franse bestuur de Munsterabdij sluiten en werden haar goederen onteigend. Naderhand ging men ertoe over de Nationale Domeinen aan particulieren te verkopen. De pacht bedroeg toen, uitgedrukt in geld, 1836 livres de France. De vraagprijs van de boerderij was twintig keer zoveel. Kloostershof werd toen namens de oud-kloosterlingen van het voormalig Munster, met voorop de laatste abdis Josephina Debrouck, opgekocht door hun zaakwaarnemer Hendrik Clout voor de som van 50.000 franken 10).  zes overige dames waren juffr. Marie Plettenberg, Joanna Beatrix Debock, Dorothea Wumpffen, Constance Detroux en de dames Carolina Cabannes sr. en jr.
De overige landerijen van de Munsterabdij in Leeuwen, aan het Gebroek en op de Hertepaal, bij elkaar 45 morgen of 15 ha. groot, werden verkocht aan Pierre Libotton uit Luik. De akkers waren aan meer andere boeren verpacht 11).
In de zomer van het jaar 1802 verkocht Clout de hoeve voor slechts 21.000 franken. De dames ontvingen hiervan elk een gelijk zevende deel van 3.000 franken. Over de omvang van de gronden zij nog opgemerkt dat gesproken werd over 6 kilares, 6 hectares en 73 ares, waartoe ook enig land onder Herten viel. De boerderij ging toen over op Anton Burghoff en Aldegonda Severeyns en het echtpaar Heesen, allen kooplieden in de stad. De laatsten deden in februari 1805 afstand van hun aandeel 12).
Kloostershof met al haar landerijen ging vervolgens over op Frans Burghoff (1795-1876). Hij was omstreeks 1825 getrouwd met Antonetta van Mulbracht.
In 1855 kocht hij nog Bosmanshof aan het Gebroek met akkers, weide en hooiland. Jan-Willem Burghof had de akkergronden van Muggenbroek verworven, zo'n 24 ha. op de Donderberg. Kloostershof werd in 1878 vererfd op Victor Burghof (1830-1904). Hij was op 22-jarige leeftijd getrouwd met Maria J.H. Leurs.
In 1883 werd de boerderij te koop angeboden. Het huis met schuur, stallen, plaats, tuin en bakhuis, akker- en weiland, hakhout, hooiland en schaapsweide, alles bij elkaar 39 ha. groot, gingen toen voor 29.100 gulden over op Charles Leurs, doctor in de genees-, heel- en verloskunde in Roermond. Voor 450 gulden kwam daar nog bij ruim 5 ha.

weiland en heide over de beek. De overige gronden gingen op anderen over. Bij de beschrijving van Kloostershof in de Franse tijd werd deze grond aan de Melickerheide niet genoemd 13). Via huwelijk kwam de hoeve in de familie van Afferden, waaraan het wapen boven de koestal herinnert.
Tot aan het begin van de 20e eeuw behield de boerderij haar U-vorm. In 1902/03 werd de toegangspoort aan de noordzijde gebouwd, waardoor de hoeve haar gesloten vorm (35x45 meter) kreeg. De kleine en grote boomgaard aan weerszijden werden bij het erf getrokken, met uitzondering van de weide aan de Terbaansweg.
In de zomer van 1723 ging de boerderij van burgemeester van Afferden over op de familie Höppener. Naderhand kocht de familie Cox, die hier sinds enkele generaties woonde, de boerderij met een deel van de grond.

DE PACHTERS

In het begin van de 17e eeuw was de hoeve verpacht aan Areth Storms. Daarna kwam Oelman op Munstershoff wonen.
Dat was omstreeks 1623, waarna hij ook geregeld onder de tiendpachters werd genoemd. Vanaf 1630 komt Almen op Kloostershof vaker in de archieven van de dingbank voor. Samen met Joost Hansen werd hij in 1635 als armenmeester aangesteld.
Spoedig daarop werd hij in de schepenbank opgenomen. Schepen Aelman Aelmans is de (vermoedelijke) stamvader van de naar hem genoemde familie in Maasniel. Zijn zoon Dirck bouwde midden 17e eeuw een herberg aan het Gebroek, het Vosken geheten.

Kleinzoon Thijs werkte midden jaren vijftig als knecht bij Jurgien Bechsel op Kloostershof. Een jaar als scheper en het jaar daarop als werkknecht. De pachter was hem zijn loon schuldig gebleven. Reden voor Dirck Aelmans om namens zijn zoon in 1656 beslag te laten leggen op de koeien en schapen van Jurgien. De pachter nam een lening op van 36 rijksdaalders om panding te voorkomen.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.230  

Eerste  Vorige  225 226 227 228 229 230 231 232 233 234   Volgende  Laatste