Tekst zoeken - Inhoud - namen index |
Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten© |
pag.489 |
Cunera was de 20-jarige dochter van Derick Delissen en Elisabeth Obers, pachters op Thuyserhof*. De naam Delissen was hier toen niet zo bekend en werd ook geschreven als Denen, Delhey enz. Naderhand hertrouwde Corst met Mechteld Janssen, alias Willems. Onder deze laatste naam staat de vrouw ook vermeld als doopgetuige bij enkele kleinkinderen. De weduwe Thomassen stierf in maart 1755 aan het Maelt.Corst had het huis aan het valderen geërfd met de achterliggende akker [c]. Anno 1723: huis en hof 207 roeden groot. Het halve huis was in 1709 door zijn ouders aangekocht, terwijl de wederhelft van zijn schoonouders afkomstig was. Naderhand ging ook een akker aan het Maalbroek op hem over, afkomstig van zijn schoonvader Derick Delissen. Ruim 7 morgen akkerland kwamen op zijn naam te staan, ongeveer de helft uit erfenis. Het merendeel van zijn akkers waren gelegen op de kamp in Asenray. Huis, hof en akkerland gingen over op zijn twee schoonzoons. |
Terwijl Corst vanaf 1735 ongeveer tot aan zijn overlijden in 1746 boerde op Cornelishof*, woonde Hendrick Stroecke negen jaar lang op de andere pachthof van de kruisheren. De Rieterhof* was toen nog over de beek gelegen. Twee van de negen kinderen werden aldus in Melick gedoopt. Daarna woonde het gezin Struick als huurder in het huis aan de Donck [ij. Vooral hun zoon Jacob Strouck (1738-1788), getrouwd met Maria Obers, zien we naderhand als erfgenaam van zijn ouders optreden, terwijl Gerard Strouck (1736-1805) aan het Maalbroek was gaan wonen. In 1798 werd de verbintenis gesloten tussen diens zoon Hendrick en Maria Thomassen. (Zie onder 5.) Voor zijn huwelijk werkte de jongeman als knecht op Cornelishof; zijn zus Sophia was er als dienstmeid werkzaam. |
Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten© |
pag.489 |
Eerste  Vorige  484 485 486 487 488 489 490 491 492 493   Volgende  Laatste