Tekst zoeken - Inhoud - namen index |
Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ© |
pag.107 |
De zaak werd tussen de schout en de dekens van de broederschap geregeld in de herberg van Wolter Hoets. Lins Peters wachtte tot hij in de achterkamer werd geroepen. Joost Thijssen had met hem nog een appeltje te schillen en begon de bode uit te schelden voor alles en nog wat. Blijkbaar wilde de jongeman het liefst zo snel mogelijk weggaan, maar Joost hield hem tegen. Hij had al een pint laten tappen en dwong hem die buiten op te drinken. Daarover deed de jonge bode naderhand zijn beklag. |
Houb Houben had te diep in het glaasje gekeken. Het lukte zijn vrouw maar niet hem naar binnen te krijgen. Zij vroeg haar buurvrouw Gertruy om te helpen, maar Houb sloeg wild om zich heen. Al gauw verschenen meer omstanders op het toneel. Buurman Ariaen was naar buiten gekomen voor zijn huis op den mesten. Al gauw bemoeide de een zich met de ander. Het gekijf klonk over en weer. Lins Peters, die had willen ingrijpen, werd uitgescholden voor kale dieffleyder. Dat had nog meer krakeel tot gevolg. Encken Thomassen genoot vanuit het venster mee, maar moest het raam ijlings sluiten. Anneke Bremmers kreeg het te kwaad. Springend en ronddansend, terwijl zij in haar handen klapte, maakte de vrouw iedereen uit voor alles wat slecht was: "Swartmaeckers sijt gij ende swartmaeckers sult gij blijven!" KRAKEELDERS Bij het werk van de bode hoorde ook het arresteren van ruziemakers. Tijdens de kermis in 1729 was er een grote oploop op de steenweg voor de herberg van Gerardts. Ook procureur Timmermans uit Roermond had met andere burgers de kermis bezocht. |
Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ© |
pag.107 |
Eerste  Vorige  102 103 104 105 106 107 108 109 110 111   Volgende  Laatste