Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.293  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

DE MOUTHAGEN

"Sal den halftman gehalden sijn aen de verpachtersse esjaers een vet kalft te leveren ende aen botter vijffentwintigh pandt. "

Langs de limietweg met Swalmen lagen voorheen de akkergronden die deel uitmaakten van de Mouthagen. Ook op Swalmer gebied lagen oudtijds gronden behorend tot deze bouwhof.
Om precies te zijn: in den Raeydervelde onder Asselt. Anno 1500 werden Tijs van der Balcken, alias Muythagen, en zijn vrouw Stijne genoemd. In het register der keurmeden komt deze Thijs Mouthagen ook voor als eigenaar van de pachthoeve, of op z'n minst van een deel ervan.
Via de kinderen van Frederich Borchoffen van Echt ging de Mouthagen over op Wilhelm von Hartenfeldt, bewoner van De Thooren te Maasniel. Friedrich noemde zich in 1523 onderdaan van de vrijheer van Dalenbroek. Dertig jaar later stierf hij in Keulen aan de pest.
De boerderij werd elders ook wel Haenenhoff genoemd, verwijzend naar Wilhelm den Haen. Hij stierf midden 15e eeuw, waarna zijn weduwe Lysabeth in 1458 enig land nabij het Nyelerbosch aan de kartuizers overdroeg.
In later tijd stond de Mouthagen op naam van Nicolaes Spee, schout van Dalenbroek. Hij was tevens grondeigenaar op de Spick. Voor en na het jaar 1600 heeft hij de akkers en bossen hier nieuw ingedeeld. Zo voegde hij vijf bunder, overwegend bosgrond, -een eeuw daarvoor nog op naam van Thijs Mouthagen- bij zijn pachthoeve op de Spick met de leigraaf als scheiding.
Ander land had Spee dan weer gevoegd bij de boerderij aan Lycopz-dijck. Te weten ruim 27 morgen, die hij van het kapittel aanvankelijk in leen, maar in 1598 in eigendom had verkregen voor 80 gulden per morgen. Hiertoe hoorden o.a. 7 morgen broekachtig bos in twee stukken: die Puytlinck of Putting.
De grond heeft voordien behoord tot de hoeve op Schaetbroeck, die door het kapittel in 1461 werd verworven van Willem Kelleners goed. Daarbij lagen nog 11 morgen land, voorheen aangekocht van het gasthuis in Roermond 1).

NICOLAES SPEE

Strekte de hof zich in de 18e eeuw duidelijk uit in oost-westelijke richting vanaf het Maalbroek tot aan de Wijerhof, twee eeuwen daarvoor reikte de bouwhof vanaf het kerkevoetpad, nu de Spiekerweg, tot aan de limiet met Swalmen en misschien wel daaroverheen. De boerderij was van oudsher belast met enkele keurmeden aan de vrijheer.
De tienden van de Mouthager-gronden werden door het kartuizerklooster geïnd.
Toen de paters vanwege de strubbelingen tijdens de 80-jarige oorlog in grote nood waren geraakt, schonken zij Nicolaes Spee in 1581 vrijdom van deze tienden, vanwege de vele verdiensten die hij voor het klooster had gedaan. In die tijd woonde Wilhelm Backhoften, schepen tot Nyell, gedurende zo'n twintig jaar als pachter op de Mouthagen. Later rezen er moeilijkheden met de erfgenamen Spee, die ervan uitgingen, dat ook de andere gronden tiendvrij waren. Dit leidde in 1634 tot een proces en het klooster liet enkele inwoners het tegendeel getuigen. Zo krijgen we van Mewis en Reyner Baeckhoven, zoons van de voormalige pachter, o.a. te horen, dat ten tijde van Nicolaes Spee zekere Jeronymus, waard in De Valck, een herberg in Roermond, mede-eigenaar was van de pachthof. Zij wisten te getuigen dat de genoemde kapittel-gronden geenszins tiendvrij waren.
Een van de getuigen was de bijna 80-jarige Henrick Clerckx, alias Mantel. Hij heeft nog gekend zekere Ruth, halfman op de Mouthagen, die vanwege een uitzonderlijke droogte toenmaals het gerst nog heeft moeten uitplukken. De tiendvruchten, waaronder de wortelen, had hij op het veld gelaten. De hoeve was aan de Nielder zijde tiendvrij, met uitzondering weer van het kapittelland.Zo getuigde, eveneens in 1634, ook Geercken in gen Straet, dat van de akkers in het Raeyderveld onder Asselt wel altijd tienden waren geheven 2).Geercken Heynckens, geboren kort voor de eeuwwisseling, was getrouwd met Lysken de dochter van Reyncken aent Maelt.

 


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.293  

Eerste  Vorige  288 289 290 291 292 293 294 295 296 297   Volgende  Laatste