Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.73  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

De Groeneweg door het Tegelarijeveld werd in 1648 reeds vermeld als processieweg. Omdat er zand gegraven werd, moest de stoet over de bezaaide akkers trekken. Daar werd dan extra voor gebeden. In 1652 trok in Maasniel de sacramentsprocessie door het dorp. Vanaf de oprichting van de broederschap van het Allerheiligst Sacrament in 1767 werd deze dag met nog meer devotie gevierd.
Pastoor Stams merkte al gauw dat sijne bevolene schaepen zich niet hielden aan de zondagsrust op zon- en feestdagen, ondanks vermaningen vanaf de preekstoel. Aldus een schrijven aan het gericht van Maasniel in augustus 1733. Sommige boeren gingen dan naar hun akker om boekweit te maaien, of moesten zonodig turf invaren. Anderen maakten er dagen van om den duyvel te dienen. Tijdens de mis vertoefden zij reeds in de herbergen en vermaakten zich met dansen en springen. En dat elke zondag weer, zo klaagde de zieleherder. Met name noemde hij verder de feestdagen van de H.Jacobus (25 juli) en van de H.Bartholomeus (24 augustus) 31). Blijkbaar werden de naamdagen van Jezus' leerlingen als een zondag gevierd. Ook de 29e juli werd in het dorp als heiligendag gevierd ter ere van de apostelen Petrus en Paulus. De schutten waren in 1701 op die feestdag door advocaat Petit op De Thooren uitgenodigd 32).
Jaarlijks gingen die van Niell op Maria- Hemelvaart (15 augustus) ter bedevaart naar de Capelle int Sandt. De eerste vermelding stamt uit het rekenboek van de nieuwe koster Joes Simons uit 1707. Een grote versierde kaars werd meegedragen naar het miraculeus beeld van O.L.Vrouw en verder is er sprake van een dertigtal kleinere kaarsen 33). In de kerkrekeningen staat hierover niets geschreven. Wel over de bedevaart naar Kevelaar met vanen, zangers enz. Ook dan werd een grote beschilderde kaars meegevoerd. De verre tocht werd ondernomen met paard en wagen. Na terugkeer werden de zangers getrakteerd op een pot bier in Het Vosken aan 't Gebroek 34).
Van oudsher moet zich in Maasniel ook een speciale devotie hebben ontwikkeld voor de H.Catharina (25 november) en voor de H.Nicolaas (6 december).

Op de zondagen werd voor hun altaar de vroegmis gelezen. Mogelijk werd ook hun naamdag op bijzondere manier herdacht. Van de H.Catharina stond in de 17e eeuw ook nog een beeld voor het raadhuis. In 1667 zou Thuyser Peter uit Asenray Trincken, de boerin van Cornelishof, voor heks hebben uitgemaakt. Als straf voor deze ondeugd werd voorgesteld hem het "St.- Catharinenbildt alhier voor desen raedthuyse staende" te laten beschilderen ("affmaelen') 35).
Over de viering van de hoochtijdt van Chrismisse zijn geen nadere gegevens bekend. Op tweede kerstdag bracht menige boer een verering aan de vrijheer of diens rentmeester. Op die dag werden namelijk de erfcijnzen op huis en hof betaald. Dat was voor ieder verschillend, maar het moet wel een hels gekakel geweest zijn. De graanpachten werden veelal met Sint- Andries afgedragen.

HEILIGEN HUISKEN
Komende van Roermond stond aan de ingang van het dorp nog voor de brug een kapelletje. Het werd al in de 17e eeuw genoemd 36). Volgens de Ferraris-kaart stond het kapelletje aan het valderen, waar de Meulenweg en het voetpad door het Veldtgen bij elkaar kwamen. (kaart 20 en 85) Aan de Broekhin stond langs de grote weg een Lievevrouwekapelletje met offerblok. In 1708 liet de pastoor het heyligen huysken door Peter den muerder herstellen en
met kalk en laeckmoes-swertsel verven 37).
Op een kaartje uit 1766 staat dit veldkapelletje nog ingetekend. Bij de aanleg van de nieuwe Venloseweg midden 19e eeuw werd het heiligen-huisje afgebroken. (kaart 78)
Aan de Breyweegh stond sinds mensenheugenis het zgn. haeghelcruys met een Christusbeeld. Derick van Uffelt timmerde in 1750 een nieuw kruis, dat door de schoolmeester werd beschilderd. Het kruis werd op 6 maart door een pater ddr minderbroeders gezegend. In 1754 voorzag meestersmid Wolters uit Roermond het kruis van ijzerwerk, wat betaald werd uit de armenkas! Toen het land door de Fransen werd ingelijfd, heeft men veiligheidshalve het corpus op huize de Thooren in bewaring gegeven, zoals dat met meer spullen uit de kerk is gebeurd.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.73  

Eerste  Vorige  68 69 70 71 72 73 74 75 76 77   Volgende  Laatste