Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.209  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen
   

In 1836 lieten zij het huis De Thooren verbouwen, met o.a. nieuwe fundamenten. De "eerste steen" werd in de meimaand gelegd. Toen daarna de mei op het dak stond, werd drie keer zoveel gedronken.
Bij Stoffels werden 8.000 stenen besteld en bij Longree nog twee bladen. In derde reis werden nog eens 1750 stenen geleverd. Er werd toen overigens nog betaald in Franse kronen en Kleefse guldens (met een wisselkoers van 1:7). Het houtwerk werd uitbesteed aan timmerman Bremmers, terwijl de halfman het materiaal aanbracht. De verbouwing heeft Petit "slechts" 1850 Kleefse guldens gekost, omdat hij de oude goten nog voor een goede prijs kon verkopen 31).
Na het overlijden van zijn tante kwam Arnold Joseph van den Bergh, rentenier te Utrecht, met zijn zus overeen om de erfgoederen onderling te verdelen. Daarbij kwam hij o.a. in het bezit van De Thooren, een pachthoeve, bestaande uit huis met schuur, stallen, tuinen, boomgaard en akkerland, groot ruim 10 bunder. (kaart 50) Uit erfenis kwam er nog meer land bij. In 1877 gemeten op totaal 19 ha. In 1890 werd het goed verkocht 34).

PACHTERS

Volgens Sil Janssen (pachter?) bezat Petit in 1696 twee paarden.

Een 16-jarig bruin ruin met bles en een zwarte merrie met afgaande bles,12 jaar oud 35). Bij deze vermelding is het gebleven, want de bezitters van De Thooren betaalden niet mee aan de beestenschat.
Volgens de voogdgedingen van Maasniel woonde Christopher Laurens Petit de laatste jaren van zijn leven inderdaad op De Thooren. Sedert 1708 staan daar zijn erfgenamen vermeld en tot 1740 was dat Dirck Petit. Voor de akkerwinning hadden de eigenaars van De Thooren een pachter in dienst. Midden 17e eeuw was dat Gerardt van Kessel. In april 1648 richtte hij zich tot het gericht in de vrees, dat de nieuwe eigenaars de pacht zouden opzeggen. De schepenbank besliste in eerste instantie evenwel, dat de pachter voorlopig in zijner ackerschappe ende wooninghe op de oude voet mocht verder gaan, totdat er meer duidelijkheid in de zaak was gekomen 36). Uiteindelijk moet de kwestie dan toch in der minne geregeld zijn. In juni 1660 immers hield de pachter zijn zoontje ten doop. Het knaapje was geboren op De Thooren. De pastoor was toen nog niet gewoon, om ook de naam van de moeder te vermelden. Rond 1719 had Dirck Aelmans land van Petit in halfwinning. Hij woonde niet op de pachthof, maar in zijn huis in het dorp.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.209  

Eerste  Vorige  204 205 206 207 208 209 210 211 212 213   Volgende  Laatste