Tekst zoeken - Inhoud - namen index |
Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ© |
pag.388 |
Hij zou haar wel eventjes vuytstrijcken. Ida Heuskens deed daar nog een schepje bovenop, menende dat haar schoondochter de duivel in zich had. Liesbeth die al lang schoon genoeg had van de bemoeienissen van haar schoonmoeder, riep kwaad: "Ick en wil dou aert niet int huys hebben." En toen begon de ruzie tussen de twee vrouwen pas goed. Lysbeth duwde de oude vrouw met zoveel kracht tegen de grond, dat de weduwe daarbij haar heup brak en haar knie werd sterk gekneusd. Ida kreunde dat haar been los zat, waarop Lysbeth schamper opmerkte: "Hedts dou het in dyn gat, dou scheefs het vuyt." Toen de lamenterende vrouw naar buiten werd uitgedragen, hielp Lysbeth daarbij graag een handje en duwde haar het huis uit. |
Berber betrapte Lysbeth erop luistervink te spelen. Lysbeth beet haar terug: "Ganck naer den Schaekelenbergh, daer dyen vleeschelijck oom aen de galgh gehangen ende onder de swartmaeckers gestorven is." Nog meer kwalijke dingen wist Lysbeth te vertellen en Berber wenste haar terug naar Ool bij de dieven, die haer voor ende achter vuytsteelden ende roofden. Het volgende gebeurde op een dag in april 1707. Judith was die ochtend aan de beek om wat linnengoed uit te spoelen, toen zij in haar huis een vallend glas hoorde rinkelen. Toen ze in huis kwam, zag ze dat haar broer Frans door Lysbeth werd geslagen en gestoten met een ijzeren tang. Toen Judith hieraan een einde wilde maken, werd zij door de custerinne enkele keren in de buik getrapt. Judith is toen meteen gaan liggen, daar zij hoogzwanger was. Daarop heeft Aeret de vrouwes vrouwe ofwel wijs- moeder Marie van Lerop gehaald. Judith was er erg aan toe en heeft lange tijd geen voedsel kunnen verdragen. Over de afloop van haar zwangerschap is weinig met zekerheid te zeggen. HET NIEUWHUYS |
Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ© |
pag.388 |
Eerste  Vorige  383 384 385 386 387 388 389 390 391 392   Volgende  Laatste