ARMOEDE
Het derde deel van de grond, bestaande uit de boomgaard achter de moestuin, viel toe aan dochter Anna (1678-1760), in november 1702 getrouwd met Geurt Thissen. Dit erfdeel, waartoe nog een akker behoorde, had "slechts" een waarde van 93 pattacons. Derhalve kreeg Anna bovendien 50 rijksdaalders uitgekeerd. Het echtpaar Thijssen timmerde hier in 1708 zijn huis, dat meteen werd beleend voor 200 gulden bij schepen Claessen en in 1717 nog eens voor eenzelfde bedrag bij de Ursulinnen in Roermond. Anno 1723: huis en hof (53 roeden) en een halve morgen in het Tegelarijeveld. Geurt stierf in augustus 1750. Hij liet zijn vrouw met drie kinderen na: Joseph, Anna en Geertruydt Thijssen.
Hoe moeten we nu het volgende verzoek inschatten? Het jaar daarop vroeg Anna Thomassen de overheid om hulp, geraeckt sijnde tot grooten ouderdom ende aermoedt. Al in november 1750 had de weduwe geklaagd meer schulden dan goederen te bezitten. |
Haar kinderen wilden niet meer voor haar zorgen! Het gericht als voogd van weduwen en wezen regelde deze zaak. Uiteindelijk was haar schoondochter Catharina Brackeny, getrouwd met Joseph Thijssen, bereid om haere mans moeder soo lange sij sal leven te onderhouden, soo in clederen, lynne ende wullen in ruil voor de goederen die de weduwe nog in eigendom had. Catharina regelde de zaak voor het gericht tevens namens haar man, die daar geen tijd voor kon vrijmaken.
Joseph is in het ouderlijk huis aan de Schuttecleef blijven wonen. Daar stierf zijn moeder tenslotte op 82-jarige leeftijd op tweede kerstdag 1760. Huis en hof werden (op papier) gedeeld tussen zoon Joseph, ondertussen hertrouwd met Adelheid Aelmans, en dochter Geertruydt, getrouwd met Peter Jamair. Laatstgenoemd echtpaar woonde op het huisje Dennemarken als pachters van de kartuizers. Anna Thijssen woonde met haar man Joes Winckels aan het Maalbroek. Daar hadden zij in 1759 op gemeentegrond hun huis gebouwd. |