Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.434  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

Om Godts Wille werd haar de verplichting aan de landschat kwijtgescholden. Omstreeks 1730 hertrouwde Merrije Thijssen met Gerrit Peters. Deze stierf in november 1750. De weduwe Thijssen (ca.1682-1765) overleefde hem vele jaren. Zij sleet haar oude dag aan het Gebroek in het huishouden van haar zoon Thijs in "De Nooteboom".
De herberg van Aelmans werd beheerd door Trincken Jansen. Nadat Thijs Thijssen in 1685 met haar getrouwd was, heeft hij zich hoofdzakelijk met de akkerwinning beziggehouden. Zijn voorganger werd al aangeslagen voor 3 koeien. In de beestenschat van 1691 ging het om een trekpaard en 12 ganzen.
Uit haar eerste huwelijk had de vrouw al vijf kinderen. Nu werden er nog twee kinderen geboren: Geutery (1686-1776) en Joost (ca.1687-1737). Catharina Aelmans(!) werd in 1682 ook Cillen genoemd. Uit latere getuigenis blijkt, dat zij inderdaad de dochter was van Jan Cillen op Kloostershof*.
De kinderen Aelmans zouden de herberg, het brouwhuis en de akkers van hun ouders erven. De dochters Thijssen waren al verzekerd van hun erfdeel uit de nalatenschap van hun grootvaders. Wat zou er dan voor de twee na-kinderen Geutery en Joost overblijven? Daarom kocht het echtpaar begin 1686 een huis met moestuin en boomgaard, groot vijff-vierdel plaetzen en nog twee akkers in het Tegelarijeveld. Alles bij elkaar voor 700 gulden en 4 pattacons. Thijs ondertekende de koopakte met een schaar. In het bunderboek uit die jaren staan op naam van Tijs Tijssen vier tot vijf morgen akkerland. Het merendeel gaat over op zoon Joost.

MOORD EN BRAND
De boerderij lag naast de boomgaard van Trincken Thijssen, de weduwe Claessen, en stond zestig jaar eerder nog op naam van Goerdt Maessen. De helft die Jan Cillen en Grieth Maessen toen erfden, is overgegaan op de kinderen van Heylken Tissen en Wylm Rutten. Ook genoemde akkers hoorden bij dit erfdeel.
Het echtpaar Thijssen ging hier zelf niet wonen, maar het huis werd verhuurd aanThijs Geurts alias Buysen en daarna aan Peter Peters en Neesken Aelmans.

Ook nadat Thijs Thijssen eind november 1702 gestorven was, bleef Trincken Janssen in haar huis aan de Eyermert wonen.
Op 15 augustus 1710 werd de 22-jarige Peter Gerardts* op gruwelijke wijze vermoord. Sinds kort was hij getrouwd met Geutery Thijssen. In dat jaar werd hun dochtertje Petronella geboren, waarschijnlijk zo genoemd naar haar overleden vader. Peter Gerardts (1687-1710) was een zoon van buurman Herman Gerets en Anna Krompvoets, herbergiers.
Toen de kinderen Aelmans tot de verdeling der goederen overgingen, verhuisde hun moeder Trincken Janssen naar haar huis aan het Cleen-Broek. Daar woonde Geutery Thijssen sinds 1712 met haar tweede echtgenoot Tijs Moors. Op een kwade najaarsdag in 1718 ging het huis met schuur en stallen en met al hun hebben en houden in vlammen op. Om de achterstallige schulden te kunnen betalen, verkochten Joost en Gertruydt Thijssen de akker op de Donderberg. Kort na de brand stierf hun bejaarde moeder. De twee kinderen deelden de huisplaats, waarna Matthijs Moors op zijn helft een nieuw huis timmerde. Huis en hof stonden in 1723 nog op naam van de erfg. Peter Gerardts, groot 43 roeden. Daarnaast de boomgaard met huisplaats op naam van Joost Thijssen: 106 roeden.
Vooruitlopend in de tijd vermelden we hier de belening van huis en hof door Geutery Thijssen, de weduwe Moors, in februari 1765. Haar dochter Petronella en de kleinkinderen Marie en Peter Claessen waren mede eigenaars van het huis. De boomgaard van Joost Thijssen ernaast, met de plaats waarop hij een schuur had getimmerd, werd in 1772 verkocht aan Jacob Nijssen, getrouwd met Marie Claessen. Zij bouwden hier hun huis annex herberg. Aldus stonden beide huizen in 1786 op naam van de kleinkinderen van Peter Geraedts en Geutery Thijssen: de herberg van Jacob Niessen en het huis van Peter Claessen. Het ongeluk, dat haar vader overkwam, had in elk geval niet tot gevolg, dat Petronella Geraedts (1710-1793) een leven in armoede zou moeten lijden. Integendeel. Haar twee voor-kinderen hadden familie Thijssen te Maasniel. 1. en 4. huis, moeshof en boomgaard van Goerdt Maessen in 1628; 2. huis van Thissen van der Heyden; 3. huis van Jan Cillen; 5. het kempke aan heyligen huysken; 6. en 7. het Leyenhuys.
drie huizen in eigendom, terwijl haar nakinderen uit het huwelijk met Jan van Daell de helft van de Mouthagen erfden.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.434  

Eerste  Vorige  429 430 431 432 433 434 435 436 437 438   Volgende  Laatste