Het gezin was door dit ongeluk in grote armoede gedompeld en uitzicht op redding was er niet. Kort daarop werden de huizen afgebroken en de grond als moestuin ingericht.
Rond 1870 werden achter de boerderij fruitbomen aangeplant. Ingrijpende verbouwingen hebben zich toen niet meer voorgedaan. Ondertussen was Claessenshof van 22 tot bijna 30 ha. uitgebreid en stond tot de erfdeling in 1894 op naam van kapitein Balthazar Bruno, baron van Voorst tot Voorst. Aanvankelijk woonde deze nog in Posterholt, maar naderhand verhuisde hij met zijn gezin naar Brussel. In 1905 ging de boerderij in andere handen over. In 1849 trouwde Jan Willems (1822-1880) uit Swalmen met Huberdina Smeets, dochter van Cornelishof. Sindsdien woonde het echtpaar op de pachthof in de Straat. In 1860 werden op de boerderij 6 koeien en 6 kalveren geteld. De boer hield er tevens een springstier op na.
Jan Reynders uit Meerlo was in 1873 getrouwd met Therèse Charlier van het Gebroek. De vrouw zelf kwam uit een pachtersfamilie. De naam Reynders zou van nu af verbonden blijven aan de boerderij in de Straat.
NOTEN:
1. Arch. kruisheren R'mond in RALM: Ln. 44;
2. D.Ln. 203: leen- en laathof;
3. D.Ln. 550: rechtzaken 1633; D.Ln. 528: rollen der processen;
4. Genealogie Cox door J. Verzeyl, GAR;
5. D.Ln. 550: rechtzaak anno 1625;
6. D.Ln. 528: rollen der processen;
7. D.i.n. 608: overdrachten 1749.
